We, dat zijn Marianne Rutgers en Joleen Caljouw. Al een aantal jaren gaan we 2x per jaar een maand naar Suriname om te werken aan projecten van KS.
Inmiddels zijn we op de helft van ons bezoek en is er al veel gedaan.
We begonnen deze keer in Gujaba. Dat was een hele zit: eerst de vlucht naar Paramaribo vanuit Nederland, zo’n 16 uur reizen van huis tot huis en de volgende morgen vroeg meteen door naar Gujaba, eerst met een busje, vier uur rijden, daarna nog een paar uur met een korjaal.
We waren erg benieuwd hoe het zou zijn met de wc’s waarvoor de vorige keer de aansluitingen van dakgoot naar de regentanks hersteld
owaren. Helaas was de vakantie al begonnen, dus we konden niet zien hoe het tijdens schooltijd ging maar de buurjongens van Coco en Anne-Wil (zie eerdere blogs) konden het ons precies vertellen en voordoen. De grote tanks vlak naast de wc’s zitten nu vol met regenwater. Het water wordt gebruikt om te drinken en om emmertjes te vullen om daarmee de wc door te spoelen. Zelfs de kleintjes zijn daar heel handig in. Het stinkt naast de school niet meer naar poep en pies. Uiteindelijk lijkt dit beter dan doortrekken; op de andere lagere school waren de geïnstalleerde spoelbakken na drie maanden kapot, en ook op de Clarkeschool waar we eerder toiletten bouwden wordt nu met emmers gewerkt. Dit zijn de kinderen gewend, en zo gaat het prima. Wat ons betreft niets meer aan doen.
In de droge tijd zijn de tanks leeg en kunnen ze gevuld worden uit de rivier met de brandslangen en de eigen pomp die de school heeft.
De andere school heeft ook al 1x haar durotanks gevuld met ” onze” brandslangen (het was regentijd, en dus nog niet vaker nodig). Die moeten daar dan, met de pomp, per bootje naar toe. Een hele klus. Dat is prima gelukt, dus dat belooft veel voor de komende droge tijd . De bedoeling is dat in de toekomst meer scholen langs de rivier van dit systeem gebruik gaan maken.
Het was erg leuk om te zien hoe Coco en Anne-Wil al ingeburgerd waren in het dorp. Ze hebben een eigen huisje van zo’n 6 vierkante meter op een redelijk centrale plek in het dorp, bestaande uit 4 ruimtes, twee om hun hangmat in te hangen, 1 waar een kooktoestel met gasbom
staat en een centrale plek waar al hun meegebrachte spullen staan, én een veranda, die dient als woonkamer. Aan meubilair heeft het huis twee schooltafeltjes en stoeltjes en een houten bank buiten. Er staan een durotank naast het huis die regenwater zou kunnen opvangen als hij goed geplaatst was, daar moet nog even iets aan gebeuren, en twee minuten lopen van het huis is een echte WC met water in een tank ernaast om door te spoelen. Voor Gujabaanse begrippen wonen ze dus vorstelijk, maar u zult begrijpen dat ze even moesten wennen.
Hun buurmeisje Omena van 12 is hun steun en toeverlaat, zij spreekt redelijk Nederlands, iets dat in Gujaba niet vanzelfsprekend is, en ze
fungeert behalve als tolk ook als gids. Het is reuze gezellig daar op hun platje, het miegelt van de kindertjes die alles wat je doet
nauwlettend in de gaten houden.
De dames zijn, na een eerste kennismakingsperiode in het dorp en op de beide scholen inmiddels gestart met sport- en spelactiviteiten, die we natuurlijk bezochten. Een vaste afspraak over hoe laat iets begint is moeilijk te maken, maar als je begint groeit de groep razendsnel. Spelregels zijn nieuw, evenals wachten op je beurt, maar het plezier straalt ervan af! Helemaal leuk was dat bij het touwtje springen, favoriet bij zowel de jongens als de meisjes, twee moeders uit het dorp kwamen draaien, dat is natuurlijk precies waar de meiden op uit zijn. We hebben met elkaar gebrainstormd over de verdere mogelijkheden en waar nodig wat tips gegeven. Over een week zijn we er weer, dan zullen we zien welke activiteiten erbij zijn gekomen. Plannen zijn er genoeg.
Over de iPads zijn we minder enthousiast. Het blijkt heel moeilijk om in crisistijd, waarin de leerkrachten meer bezig zijn met
overleven dan met lesgeven, de docenten te blijven motiveren om in hun vrije tijd met de kinderen op de iPads te oefenen. Ondanks het feit dat wij iedere week in Nederland de te maken weektaak klaarzetten voor alle zesdeklassers, zijn er maar zo’n 15 die er af en toe mee werken, en dat is niet de bedoeling. We hebben dan ook uitgebreid gesproken met het hoofd van de school en zijn nu een plan aan het opstellen om de iPads beter in te zetten. Dat moet deze maand nog rondkomen. In ons volgende blog zullen we daar meer over vertellen.
Aan het eind van de week vertrokken we naar de stad, waar we het eerste weekend gebruikten om oude bekenden op te zoeken en afspraken te maken voor de komende twee weken.
We hadden een bestuursvergadering met de drie mensen van het Surinaamse bestuur en de dag erna via skype zowel het Surinaamse als het Nederlandse bestuur. De techniek staat voor niets, we bevonden ons op drie verschillende werelddelen!
We hadden afspraken met UNICEF en het ministerie van jeugd en sportzaken, met twee van onze pupillen van wie er eentje volgend jaar gaat trouwen! We maakten kennis met de aanstaande, die ons buitengewoon gastvrij ontving.
De tienermoeder die we ondersteunen toonde vol trots haar inmiddels al 7 maanden oude zoontje en ze doet het goed op school. De vrouw die de Bun Kopu Serie (verkoop tweedehands spullen) doet op Sunny Point kwam vertellen hoe goed dat gaat en hoe blij haar pleegdochter is met de elektrische rolstoel die ze nu heeft. Haarzelf gaan we later zien.
Over de iPads spraken we met twee schoolhoofden.
Met de directeur en de remedial teacher van de Clarkeschool brainstormden we over hulp aan de allerarmste kinderen op school. De school, die 800 leerlingen heeft, heeft er zeker 200 waar directe hulp voor nodig is, maar we willen eerst een pilot gaan opzetten met 20 kinderen voordat we in het groot gaan denken.
Morgen gaan we naar Sunny Point, muziekles en hiphoples bekijken, waar we ons erg op verheugen, van de week nog een paar afspraken, het weekend gaan we weer naar het binnenland. Daarna schrijven we de rest van ons verslag.
Tang boeng,
Marianne en Joleen